Skip to main content

HISTORIE

Foto Kasteel Elsloo 1931© Nationaal Archief / Collectie Spaarnestad/ANP/Leeflang

Landschap en Maas

Deel 11: Het Elserveld

Het Elserveld was het grootste en waarschijnlijk ook het oudste veld van Elsloo. Velden waarin de plaatsnaam voorkomt worden tot de oudste velden gerekend. De naam Elserveld leeft nog voort in de diverse uitbreidingsprojecten in Elsloo. Het Elserveld als landbouwgebied is nagenoeg verdwenen. Voor een deel door de aanleg van het Julianakanaal voor een ander deel door huizenbouw. Het oorspronkelijk Elserveld  lag tussen de Maasdalrand, Julianastraat, De Driekuilen/Gavrestraat en de Scharstraat. Later volgden er uitbreidingen tot aan de Elserheggen (nu ongeveer de Heiveldstraat/Bandkeramiekerstraat) in het oosten en de Stationstraat in het zuiden. Het Elserveld was grotendeels kasteelbezit en bestond uit diverse deelgebieden met aparte namen.

LM11.1 aelser5

LM11.2 aelser6

Het Elserveld in 1950 en in 1803 (Tranchotkaart). In de kaart ziet men het woord Beek staan. Een stuk van de naam Beekerveld. Hoewel de Tranchotkaarten uiterst nauwkeurig zijn komen er veel naamfouten op voor. Beekerveld moet natuurlijk hier Elserveld zijn.

De Elserveldweg.
Het Elserveld diende vanuit  het oorspronkelijke Elsloo (dus ook vanuit het Maasdal) goed bereikbaar te zijn. Deze toegang was de Elserveldweg later ook de Wijngaardstraat genoemd. Deze weg begon ooit bij het oude kasteel in de Maas en besteeg vervolgens de Maasdaloever. Dit gedeelte spoelde in de 16e eeuw in de Maas. Boven de Maasdalrand kruistte de weg de weg naar Stein, volgde ongeveer het tracé van de huidige Wijngaardstraat om tenslotte in de Driekuilenstraat te eindigen. Halverwege langs de weg lag de Tiendschuur (vandaar ook Tiendstraat) In deze schuur werden de tienden opgeslagen. De tienden waren een kerkelijke belasting in natura zijnde 10% van de oogst (iedere elfde schoof  was voor de kerk). Ook lag aan deze weg de grote huisweide van het kasteel, de Heerenweide.

Voetpaden
Door het Elserveld liepen ook diverse naamloze voetpaden, die werden gebruikt als afkortingen op de wegen. In een van deze voetpaden naar Stein blijkbaar een stegel (dat was niet alleen een draaihek maar kon ook een balkenconstructie zijn waarover men heen moest stappen als doorgang in een heg). Aan de grens met Stein lag namelijk een punt welk men Trappenstegel noemde.

De Wingerd
Aan de noordzijde van de Elserveldweg lagen percelen welke “op de Wingerd” werden genoemd (vandaar ook de naam Wijngaardstraat). De naam wijst op druiventeelt welke ook in Elsloo ooit bestond. Ook de “Wingerd “ was kasteelbezit. Bij de behandeling van het Hoge Bos zullen we zelfs nog een tweede wijngaard tegenkomen.

De Catharijnenberg
In de inleiding gaven we al aan dat de Maasdaloever  bij het oude kasteel eens westelijker heeft gelegen als een uitstulping in het Maasdal. Aangezien een helling “berg” werd genoemd, treffen we hier diverse benamingen aan met “berg” erin. Een van de hellingen heette Catharijnenberg en behoorde aan een van de altaren van de kerk van Elsloo, het St Catharina-altaar (vandaar ook Catharinastraat). Een altaar was een soort kerkelijke stichting die voor het onderhoud van het betreffend altaar in de kerk bezittingen, zoals grond,  kende.  Er waren nog meer altaren die gronden bezaten zoals het St. Nicolaes-altaar (vandaar ook Nicolaasstraat). Een duidelijke verwijzing naar de Maasvaart. St Nicolaas is de patroon van de schippers. Verder bestond er nog een St. Agatha altaar. Op de hellingen lagen ook de tuin en de boomgaard van het oude kasteel . Hieruit kunnen we ook afleiden dat deze hellingen glooiend zijn geweest. Op steile hellingen kan men geen landbouw uitoefenen.

De Jodenstraat
We denken dat de ligging van het kasteel in de Maas met de verdwenen uitstulping  te vergelijken is met de ligging van het kasteel in Stein t.o.v. het Keerend. Hier houdt de vergelijking echter niet op. Net als bij het Keerend lagen er ook in Elsloo huizen op de uitstulping. Deze lagen langs de Jodenstraat . Het geheel vormde een apart gehucht. Er is ons hier geen bewoning door Joden bekend, dat sluiten we overigens ook niet uit. De relatie van de naam met Joden kunnen wij hier niet leggen.

LM11.3 aelser7

Het gebied van de Jodenstraat in 1847 met links vlak langs de dalrand het restant van de oorspronkelijke weg, met ernaast de Veeweg en hiernaast  Landwering. Ook is een stuk van de Elserveldweg zichtbaar.

De Jodenstraat liep noord-zuid over de uitstulping. De huizen lagen dus waar nu de Maas stroomt op een verhoging tussen de Europabrug en het oude kasteel. De “bergen” en bebouwing is in de loop van de 17e eeuw steeds verder door de Maas afgespoeld. De naam is echter nog lang blijven bestaan. De Jodenstraat  lag hier namelijk niet alleen. Parallel  aan deze straat liep een tweede weg die “Veeweg” werd genoemd. En ten westen van deze Veeweg lag weer een landwering (zie inleiding) met op het einde het Steindervalder. Na het afspoelen van de oorspronkelijke straat met de huizen gaat de naam Jodenstraat niet verloren maar over op de Veeweg.

Het is deze tweede Jodenstraat die in de 19e eeuw afspoelt en onbruikbaar wordt. De landweer is op dat moment een voetpad welk wordt verbreed tot verbindingsweg naar Stein en Meers. Het is deze weg die verdwijnt met de aanleg van het Julianakanaal. Verder lag langs de Jodenstraat lag een terrein welk de Munninxcoul (monninkenkuil) en een ander dat het Boutsbrugsken werd genoemd. Dit laatste is waarschijnlijk een bruggetje over de landwering (bestaande uit een of meerdere greppels) geweest, genoemd naar de familienaam Bouts.

Elserschoor
We zien hier dat langs de dalrand verschuivingen van wegen en zelfs van namen hebben plaatsgevonden. Het oprukken van de Maas lag hieraan ten grondslag. Hoeveel precies is afgespoeld weten we niet maar we vermoeden dat hier Elsloo een aanzienlijke hoeveelheid grond en huizen heeft verloren. Daarbij kwam nog het eerdere verlies van kasteel en kerk. We moeten wel hierbij aantekenen dat dit afbraakproces zich niet in een kort tijdbestek heeft plaatsgehad maar enkele eeuwen heeft geduurd (van ca 1450 tot  ca 1850). Door het afspoelen zijn ook veel archeologische bewijzen verloren gegaan. Wel heeft Dr Beckers bij het graven van het Julianakanaal , nabij de Europabrug nog de resten van een inheemse nederzetting uit de Romeinse tijd kunnen onderzoeken, een bewijs dat dit gebied reeds in vroeger tijden werd bewoond.  Uiteindelijk bleef de nu nog bestaande steile Maasoever over  Deze ging men het Elserschoor noemen (schoor betekend steile oever).   

LM11.4 aelser8

De Maas bij Elsloo met op de achtergrond het Elserschoor (Foto Guus Peters)

Laat reactieformulier zien